Hoe een olifant je tekst overtuigender maakt

Schrijven met roze olifant

Bij mij zijn ‘herfst’ en ‘winter’ synoniem voor trekkerige wangen die al bij de minste temperatuurdaling op auditie gaan bij Marco. Daarom zocht ik laatst een nieuw crèmepje (zo’n mooi woord vind ik dat: crèmepje) – maar ik vond een roze olifant.

Even eerlijk: zie je nu een roze olifant voor je? Zo ja: hoera! Want dat is het punt dat ik met dit stukje wil maken.

Een roze olifant is een gedachte-experiment. Zelfs als ik zeg dat je níét aan een roze olifant mag denken, denk je aan een roze olifant. Probeer maar. Werkt trouwens ook met een blauwe aap, een groene zebra, een oranje grizzly... You get the gist.

Onze hersenen denken in beelden. Als ik over een roze olifant lees, zie ik een roze olifant. Lees ik over een wit strand, dan verzint mijn hoofd de ligstoel en cocktail er alvast bij. En lees ik over pizza, dan denk ik aan de onvergetelijke Margherita die ik ooit in Napels at.

Nou, dat trekt me wel over de streep als ik nog niet weet wat ik vanavond wil eten.

Als je iemand ergens van wilt overtuigen, kan een roze olifant heel handig zijn. Maar dan is het wel belangrijk dat je hem góéd gebruikt.

De crèmepjesmarketeer had die memo denk ik niet gekregen. De roze olifant in mijn zoektocht verschool zich namelijk in deze zin: De geltextuur trekt snel in en laat geen plakkerig laagje achter.

Spot je ’m? Juist: het plakkerige laagje. Wat mijn hersenen na deze zin voor zich zagen, was een Leonie die ’s avonds in bed aan haar kussen vastplakt. Niet echt een lekker verkoopargument.

Als je iets van mensen gedaan wilt krijgen, kun je beter positieve woorden gebruiken. Niet: geen probleem. Maar: ik los het op. Niet: zonder alcohol. Maar: alcoholvrij. En niet: geen plakkerig laagje. Maar: direct een zijdezachte huid.

Goed. Ga ik nu die pizza bestellen.


 

Deze schrijftip verscheen eerder in mijn nieuwsbrief, waarin ik je handvatten geef om beter te leren schrijven en ook nog een hoop glimlachdingen deel.

Klinkt goed? You know what to do.
(klik )


Vorige
Vorige

Klein is niet altijd fijn

Volgende
Volgende

Nuanceer tot in de (drie) puntjes